De gemiddelde Nederlander vertoont ernstig kuddegedrag. Dat maakt het lastig om nieuwe ontwikkelingen te introduceren. Want als niet eerst heel wat schapen over de dam gaan, zal de rest niet volgen. Hetzelfde beeld zien we het Nederlandse winkellandschap. Bijna iedere winkel heeft tegenwoordig wel een website en een soort van interactie tussen winkel en site, maar vernieuwend is het allemaal niet. Valt er dan niets te winnen?  Jazeker! Retailers die slim inspelen op consumentengedrag kunnen heel veel aan marktaandeel winnen.  Wilt u een paar voorbeelden?

  1. Informatievoorziening . Retailers beseffen zich onvoldoende dat klanten zowel qua productkennis als qua prijs goed geïnformeerd willen worden voordat zij een aankoopbeslissing nemen. Google heeft becijferd dat in Amerika gemiddeld 84% (!) van de smartphone gebruikers hun telefoon in de winkel gebruiken en dat 32% daarvan van gedachten is veranderd na het gebruik van hun telefoon. Maak prijs- en vergelijkingsgegevens dan ook beschikbaar op de winkelvloer (wat nog veel te weinig gebeurd) en zorg er voor dat u op andere aspecten (service, winkelbeleving, loyalty etc) het verschil maakt. Wie dat iedere dag in de praktijk brengt is spekkoper, gelooft u mij nou maar.
  2. Koopkennis: koopgedrag van online consumenten levert interessante mogelijkheden op om op maat gemaakte aanbiedingen te doen. Bol en Amazon weten er alles van. In de offline retail wordt er nog veel te weinig gebruik gemaakt van deze kennis. Mobiele telefoons vormen hierin de sleutel. Zodra een consument een winkel binnenkomt kan hij op zijn telefoon een passende aanbieding krijgen die gebaseerd is op zijn aankoopgedrag. Hoeveel retailers doen het?
  3. Service: offline retailers hebben het grote voordeel dat zij de consument kunnen aanspreken. De gemiddelde consument is erg service gevoelig. Waarom is service in Nederland nog steeds een vies woord? In Frankrijk word ik in een wildvreemde winkel meteen met mijn naam aangesproken (omdat mijn mobiele telefoon wordt herkend) en word ik letterlijk in de watten gelegd. Het effect? Omzet!

Ik weet het, ik trap vast open deuren in. Maar u bent toch ook geen koe?